Wat een lawaai was het boven weer. Biba draaide zich nog maar eens om in haar mandje. Nardja was met een paar vriendinnetjes boven aan het spelen. Moesten ze nou echt zo hard gillen.Biba snapte er niets van.
Ze hoorde een heleboel lawaai op de trap en de deur werd open gegooid. “mam, wij zijn zwarte pieten!” riep Nardja naar haar moeder. De moeder kwam snel aanlopen “jongens wat zien jullie er mooi uit!” zei de moeder. Biba deed een oog open en keek over de rand van de mand, en schrok zich direct een hoedje. Dat was Nardja helemaal niet! Dat waren allemaal enge dingen met zwarte gezichten, hele rode monden, zwarte haren en allemaal hadden ze een pyjamabroek aan. “Mauw”, zei Biba. “Waar is Nardja nou, en hoe kan het dat, dat zwarte mensje dezelfde stem had als Nardja”.
Heel voorzichtig sloop Biba naar de zwarte mensen. Veilig verscholen onder de bank, plat op haar buik liggend rook ze aan de voet van dat zwarte ding. Mmmmmmm dat rook wel naar Nardja, hoe kon dat nou? “Tjonge zeg”, zei de moeder. “Jullie zien er echt helemaal uit als zwarte pieten, zal ik sinterklaas maar bellen of jullie mee kunnen naar Spanje?”
Alle zwarte mensjes begonnen te giechelen. “Dat kan toch helemaal niet”, zei een ander zwart mensje. “Mijn moeder wil toch echt wel graag dat ik weer thuis kom”. He, dacht Biba dat leek wel Joris zijn stem! Biba voelde zich al wat moediger worden, als het echt gevaarlijke mensjes waren geweest dan had haar mevrouw er toch niet mee staan praten? Ze kon het altijd eens een beetje dichterbij gaan bekijken. Biba sprong op de bank en rook eens aan het hoofd van het mensje, dat dezelfde stem had als Nardja. Het hoofd rook ook naar Nardja, toch maar eens even proeven. Heel snel likte ze met haar tongetje over het zwarte hoofd. Bah! Wat smaakte dat vies. Biba trok en heel vies gezicht. “Biba toch!” zei de mevrouw. “Je moet ook niet overal aan likken, nou is je hele snuit zwart” en ze tilde Biba op. “Kijk maar eens in de spiegel”
In de spiegel keek een poesje naar Biba met een heel zwart gezicht. “Hi hi”, zeiden alle kleine zwarte mensjes. “Biba lijkt wel een zwarte pieten poes!”
De mevrouw zette Biba neer en vertelde tegen iedereen dat het nou echt tijd werd om naar huis te gaan. Het was al helemaal donker buiten. Toen iedereen de trap opliep ging Biba met ze mee naar boven. Alle kleine zwarte mensjes liepen naar de douche en pakten handdoeken. Ze deden zeep op hun handen en wreven met de handen over hun gezicht. He, dat was gek, dat zwarte ging er helemaal af. Biba kon nu zien wie die kleine zwarte mensjes waren. Die kleine dat was Nardja, en die ene met die afzakpyjamabroek, dat was Joris en de rest waren ook allemaal vriendjes en vriendinnetjes van Nardja.
“jongens schieten jullie op”, riep de moeder. “Nardja moet nu echt naar bed hoor! “Trek maar vast de pyjama aan Nardja”. “Die heb ik lekker al aan”, riep Nardja terug.
Toen alle kinderen weer netjes waren gingen ze allemaal naar huis. Nardja gaf Biba nog een knuffel voor ze naar bed ging. Biba ging ook maar weer lekker slapen, want als Nardja naar bed was werd het altijd een beetje saai.
Toen Biba al een hele poos geslapen had hoorde ze een heleboel lawaai bij de voordeur. “Dat zal de meneer wel zijn die naar zijn werk gaat”, dacht Biba en draaide haar staart voor haar ogen. “baaz, iz dit het uis van Nardja”, hoorde ze ineens. “Baaz er ztaat keen skoen klaar, moet ik nou wel een kadootje hier neerleggen baaz?” hoorde ze daarna. Biba tilde haar staart op en keek wat dat nou was. Poeh, hé een groot zwart mens, nou daar zou ze echt niet meer van schrikken hoor! Dat zou haar meneer wel zijn dacht Biba. Wel raar trouwens dat hij met zo’n zwart gezicht rondliep terwijl iedereen in bed lag te slapen, dan kon je toch helemaal niet leuk spelen?
Het grote zwarte mens had een zak in zijn ene hand en een bosje takken in zijn andere hand. Die zak zette hij op de grond en hij begon erin te zoeken. He, dacht Biba, misschien zitten er wel lekkere dingen in die zak, en ze stapte uit haar mand. “Mauw”, zei Biba tegen het grote zwart mens. “Zullen we samen snoepjes gaan eten?”
Het grote zwarte mens sprong wel een meter hoog in de lucht. “Baaz er zit hier een poez……potverznerrie nou ben ik helemaal gezrokken!!” Hij werd zelfs een beetje wit rond zijn neus. “mauw”, zei Biba. “Ben je bang voor mij?”
“Nee hoorrrr”, zei het grote zwarte mens. “Ik hadde niet gedacht dat er hiero een poez zou zijn”.
Poeh, hé dat vond Biba gek, dat grote zwarte mens kon haar horen? “mauw”, zei Biba. “Wie ben jij eigenlijk en wat kom je hier eigenlijk doen? Hoe kan het dat je mij kunt verstaan?”
”Nou ik benne zwarte piet en ik komme uit zpanje en ik hebbe een heleboel kadootjes bij mij voor alle kinderen uit Nederland. Zwarte pieten kunnen met dieren praten hoorrrrr, zo kunnen wij horen of de kinderen heel lief of heel boel stout zijn geweest”.
Goh dacht Biba, kon die zwarte piet hier niet blijven wonen, dat zou handig zijn, en ze vroeg het aan de zwarte piet. “nee hoorrrrrr”, zei de zwarte piet. “Dat kan echt niet, ik heb nog een heleboele andere zwarte pieten broertjes en zwarte pieten zusjes en mijn zwarte pieten papa en mama , en wat zinterklaaz nou zonder mij moeten doen? Ik ben namelijk de officiële langs de zchoenen pakjez breng piet”. “Hmmm”, dacht Biba. Wie is sinterklaaz nou weer zou dat een baasjes zwarte piet zijn?
Op dat moment ging de deur open en zag Biba een hele oude man binnenkomen met een hele lange witte baard. “Ben je nou nog niet klaar piet, we moeten vanavond nog zeker naar duizend andere huizen toe!” zei de oude man met de witte baard. Biba vond hem eigenlijk helemaal niet eng, eigenlijk zag hij er wel heel erg lief uit met hele lieve ogen.
”Ja maar zinterklaaz , hier iz een poez die nog nooit vanne zinterklaaz had gehoord, duz moezt ik even vertellen toch?” zei de zwarte piet terwijl hij in de grote zak aan het rommelen was, “luzt poezie ook een pepernoot?” vroeg hij. Piet gaf Biba een pepernoot. Biba stond ondertussen kopjes te geven tegen de jurk van sinterklaas. Sinterklaas bukte zich en begon Biba te aaien. “Dag Biba, ik ben sinterklaas en op mijn verjaardag geef ik alle kinderen een kadootje en voor lieve poezen heb ik ook altijd wel wat lekkers hoor!”
Sinterklaas tilde Biba op en legde haar terug in haar mandje “ga maar lekker slapen hoor! We zien elkaar wel weer terug, maar nu moet ik nog naar heel veel huizen toe!” Biba keek met hele grote ogen naar sinterklaas, ze had die meneer nog nooit gezien en ze vond hem ontzettend lief. “Dag poezie”, zei zwarte piet en ze gingen weer door de voordeur. Biba hoorde de sleutel omdraaien en rende naar de keuken. Ze ging voor het raam zitten en keek naar buiten. Daar zag ze sinterklaas op een groot wit paard gaan zitten en dat paard ging langzaam lopen. Toen het paard begon te lopen begon het zachtjes te sneeuwen.
Biba zuchtte diep. Tjonge, dit was wel een hele rare nacht geweest, gelukkig kon ze nog een hele poos slapen voordat iedereen uit bed kwam. Ze pakte snel alle pepernootjes van de grond en legde die allemaal in de mand. Gaaaaap, deed Biba’s mondje terwijl haar oogjes dicht zakten.